De Auto’s | deel 1

Ik bestuur graag. Boten, auto’s, vliegtuigen.
Als het aan mij lag kwamen daar nog treinen en luchtballonnen bij.
Nul of meer dan twee wielen, want anders vind ik het te gevaarlijk.

Met de voertuigen zelf heb ik over het algemeen weinig. Als het maar beweegt. In Nederland vind ik autorijden allang niet meer leuk. Dat is één van de redenen om in Woerden bij het station te gaan wonen. Daar heb ik meteen een tweedehands Skoda Rapid gekocht om absoluut nooit in de verleiding te komen om meer te rijden dan nodig. Maar op vakantie… Glooiende wegen door prachtige natuur, breed, leeg, nooit file, goedkope benzine, overal gratis parkeren en zo… Heerlijk. We hebben nog even de trein en een camper overwogen voor Japan en de Southern States. Maar al die bagage steeds in een trein hijsen is het ook niet, en op een camperpleisterplaats zit je toch meer in een wie-heeft-de-grootste cruiseamerica.com commercial dan ondergedompeld in de lokale cultuur en natuur.

Nu dan de auto’s.
Ierland was aanvankelijk zo duur dat een Opel Corsa het hoogst haalbare leek binnen ons budget. Dat betekent achterbank plat en hopen dat je in de achteruitkijkspiegel over de bagage heen kunt kijken. Maar wel lekker compact en dat is op de meeste Ierse binnendoortjes een groot voordeel. Vooral na 20 jaar uitsluitend rechts te hebben gereden. Maar met het naderende vertrek werden de auto’s goedkoper. Corsa gecanceld, Astra geboekt (of soortgelijk). Dat werd een VW-Golf. Alsnog de achterbank plat, maar wel vrij uitzicht in de spiegel. Prima auto, net niet te breed. Het links rijden wende weer snel.
Alleen jammer dat de versnellingsbak niet gespiegeld is. Ik kon maar moeilijk wennen aan de één en de acheruit in de verre (linker) bovenhoek. Dat was regelmatig tandenpoetsen op de versnellingsbak.
Maar heerlijk getoerd en toch schadevrij ingeleverd.

Door naar Mauritius.
Op Mauritius verhuurt bijna iedereen auto’s, òf is taxichauffeur. Omdat we op één plek logeerden waren we niet afhankelijk van een auto, afgezien van de ritten van en naar het vliegveld. Dus geen dure Hertz (of soortgelijk), maar een lokaaltje gehuurd. Een Renault Kwid (of soorgelijk) geboekt. Een Kwid is een model dat Renault alleen verkoopt in werelddelen met een wat soepeler veiligheidsregime, en Mauritius hoort bij Afrika). Het ‘soortgelijk’ werd een Perodua Axia. Die moet je zelf maar even googelen; het is een Maleisisch koekblik. Automaat, full option, alles electrisch. Nieuwprijs vanaf 4400 euro (of soortgelijk, want nergens in Euro’s te koop).
Heeft zowaar een USB-aansluiting, maar als je die aansluit wordt de auto-accu bijgeladen ten koste van je telefoon. Richtingaanwijzer zit rechts, dus in het begin en gedurende spannende manoeuvres wisten de ruitenwissers in plaats van knipperden de knipperlichten. En toen het ging regenen ook andersom. Trouwe lezers weten dat dat Ellen ook al was opgevallen. Verder maakt het driecilindertje een indrukwekkende pot herrie, maar stuitert vrolijk door de vele gaten in het wegdek en wurmt zich moeiteloos tussen een bus en een dubbelparkeerder door. De wijze van ophalen was voor ons nieuw. We kenden de airport-desk waar vlakbij de merkhuurauto’s glimmend staan te wachten. We kenden ook het gratis maar stressverhogende shuttlebusje naar een parkeerterrein in de buurt. De variant hier heet ‘Meet and greet’.
Wachtend bij de bagageband stuur je een appje naar de verhuurder en die ‘komt eraan’. Wij dachten dat de auto gebracht werd. Dus toen er een lijk van een voormalige huurPerodua verscheen bekroop mij even een gevoel van huurspijt. Dat viel gelukkig mee. De bagage en Ellen werden achterin gepropt, en de vriendelijk man reed naar een parkeerterreintje bij een benzinepomp waar onze bolide – uitsluitend van buiten – schoongewassen stond te blinken in de zon. We moesten nog 204 euro afrekenen. Op onze huurvoucher stond dat dat per creditcard zou gebeuren, maar de vriendelijk meneer had geen bankapparaat bij zich. De oplossing was even simpel als onverwacht: Betalen bij het inleveren. Roepi’s of Euro, dat maakt niet uit, maar een creditcard kost 4% extra. De man legde nog uit dat een grote schade 410 euro eigen risico kost; kleine schades moffelen we wel weg. Bij grondige inspectie bleek dat laatste meer dan eens aan de hand te zijn geweest. Bagage overladen en onbetaald en zonder borg op pad. Zo kan het ook. Na twee weken ingeleverd met nagenoeg evenveel schade als bij het ophalen. De vriendelijke man en een hulpje kwamen naar de Vertrekhal 16. Die was makkelijk te vinden want 16 is de enige vertrekhal op Sir Seewoosagur Ramgoolam International Airport. Het hulpje kreeg de sleutel en mijn achterstallige euro’s en reed weg in het barrel. Het was vermoedelijk zijn eigen autootje dat hij twee weken aan ons had uitgeleend.

Inmiddels is ook Hongkong ook alweer voorbij en zijn we in Tokio.
Twee drukke steden die we met wisselend succes met het OV (proberen te) doen. Daarna verder met de auto die we op Narita Airport gaan ophalen.
De gangbare verhuursites hebben hier al maandenlang auto’s in drie categorieën: Veel te klein, veel te duur of uitverkocht. Althans, als je ‘m op of rond Narita wilt huren, want daarvandaan vertrekken we naar Hawaii. Times is een grote verhuurder in Japan. Ook op hun website: uitverkocht. Maar doorklikkend op een autohuuradvertentie van Turkish Airlines kon ik via Rentalcars.com toch een iets minder te dure Subaru Impreza (huh?) boeken van – je raadt het al – Times. Per kerende post de melding dat de auto helaas niet meer beschikbaar is, maar dat Rentalcars een vergelijkbare auto heeft kunnen vastleggen bij Europcar. En nog 1,60 goedkoper ook! Afwachten of de vergelijkbare Mazda 3 GPS (of soortgelijk) definitief een stijgende lijn in het rijplezier betekent.
Want op Hawaii wacht ons een dikke Chevrolet Equinox SUV.
Of soortgelijk natuurlijk. Want ik heb nog nooit in iets anders dan Soortgelijk gereden. Wordt vervolgd.